Terug naar de startpagina |
K XIII
Hr. Ms. Onderzeeboot; 27 mei 1926 vertrok de K XIII voor een solotocht van
ruim 20.000 zeemijlen naar Nederlands-Indië.
Doel was o.a. onderzoek naar de zwaartekracht onderweg om meer te weten te
komen over de vorming van de aardkorst en zijn ontwikkeling. De route ging
via het Panamakanaal, en 13 december 1926 werd aangelegd in Soerabaja.
Zie ook: Marine in de 20e eeuw. |
Kaap
de Goede Hoop
Een VOC-locatie rond de zuidpunt van
Afrika.
De oorspronkelijke naam werd door Bartholomeus Dias in 1488 gegeven: Cabo Tormentoso (Stormkaap). De Portugese koning veranderde de naam in Cabo de Boa Esperança: Kaap de Goede Hoop Vestigingen:
Zie ook: Zuid-Afrika. |
Kaboepaten regentenwoning of regentschap |
Kafir is een ongelovige, niet behorende tot de Islam |
Kalimantan zie Borneo |
Kalin hindoeïstisch rijk, rond Djokjakarta, ca. 723. Beroemde koning is Saniaxa. |
Kampong, kampoeng
Het Maleise woord voor dorp (bij de stad), buurt, wijk, omheind erf, erf, woonbuurt.
Zie ook: desa. |
Kandy, Koninkrijk, zie Ceylon |
Kaneel een
specerij, nl. de bast van de takken van de "cinnamomum
zeylanicum", boom of heester die oorspronkelijk op Ceylon
voorkwam.
Kaneel is de binnenlaag van de bast van takken. Hiervan wordt de kurk- en schorslaag afgeschraapt, en daarna worden de rolletjes op/over elkaar gedaan en gedroogd. De aangename reuk en smaak zijn afkomstig van de vluchtige kaneelolie. Kaneel is en was een bevolkingscultuur; er zijn wel ondernemingen geweest, maar niet op grote schaal. |
Kangjeng (Kangdjeng) Toewan 'Hoogedele Heer' |
Kangjeng Njonjah 'Hoogedele mevrouw' |
Kapala margo afdelingshoofd |
Kapok komt van de rijpe vruchten van de randoe- of kapokboom. Het pluis, de kapokvezel, wordt gebruikt als vulmiddel voor matrassen en kussens vanwege isolerende en geluiddempende eigenschappen. Vroeger werd het ook voor zwemvesten e.d. omdat de vezel licht en veerkrachtig is, en door een wasachtige substantie niet doordringbaar voor water. In 1937 kwam 70% van de werelduitvoer uit Nederlands-Indië. Zie ook bij: Wereldproductiecijfers. |
Karta Natanegara, Raden Adipati Regent in Lebak en de persoon waar Douwes Dekker (Multatuli) zich tegen richtte vanwege misbruik van het gezag en knevelarij van zijn onderhorigen |
Kartini, Raden Ajeng (1879-1904) lit. Zij schreef brieven in het Nederlands, waarin ze haar onvrede uitte over de onvrijheid van de Javaanse vrouw, die beperkt werd door de Adat. Gepubliceerd in 1911: "Door duisternis tot licht". Vóór haar (gedwongen) huwelijk met de regent van Rembang wilde zij naar Nederland om onderwijsaktes te halen, kennis op te doen op het gebied van de gezondheidsleer, etc. Uiteindelijk kreeg ze hiervoor geen toestemming. Na de geboorte van een zoon overleed ze, en ontstond er zo iets als een 'Kartini-beweging', die resulteerde in een aantal Kartinischolen, bedoeld voor inlandse meisjes. De eerste Kartinischool werd in 1913 in Semarang geopend. De voertaal was Nederlands. Tot op heden wordt Kartini in Indonesië geëerd. |
Kartosoewirio
Islamitisch leider op
West-Java; hij stelde na de Tweede Wereldoorlog met behulp van een eigen
leger een bestuur op. Hij was tegen de Nederlandse troepen, maar bijna nog meer tegen de Republikeinen van Soekarno. Hij wilde een Islamitisch Indonesië (Darul Islam), dat per 7 augustus 1949 werd uitgeroepen, en beschouwde zich als soeverein heerser van West-Java. Pas nà 1957 kreeg het Republikeinse leger de situatie redelijk onder controle. In 1962 werd Kartosoewirio gearresteerd, veroordeeld en terechtgesteld. Zie ook: Islamitische Opstanden tegen de seculiere Republiek |
Katjong, katjung benaming voor een knaapje of jongetje; tevens een specifieke aanduiding voor een jonge Nederlandse jongen, die door zijn ouders vanuit Nederlands-Indië naar Nederland werd gestuurd om te gaan studeren. |
Katoen is in Nederlands-Indië nooit een ondernemingsgewas geweest vanwege het ontbreken van een echt katoenklimaat. De katoenvezel wordt vermengd met Amerikaanse vezel en is dan geschikt voor het maken van garens en de fabricage van watten. |
Kediri streek in Oost-Java, waar in de periode 850-928 het Mataram-Rijk naar toe gaat i.v.m. de rivaliteit van het Sriwaijay-Rijk. In 1049 valt Mataram uiteen: in Kediri, en het oostelijker gelegen Janggala. Tot 1222 had Kediri de overhand. In 1222 wordt de koning van Kediri verslagen door vazalvorst: deze wordt koning Rajasa van het rijk Singosari |
Kelimoetoe-meren op Flores: drie meerkleurige meren, die om de paar jaar van kleur veranderen. |
Kerapan sapi stierenrennen op oost-Java en Madoera, later ook op Bali. |
Kertajarasa naam van de 1e koning van Majapahit, na 1292; zie verder Wijaya, Raden |
Kertanegara koning van het rijk van Singosari (1268-1292). Gedood door Jayakatwang; Raden Wijaya, schoonzoon van Kertanegara onderwerpt zich aan Jayakatwang, en sticht nieuwe stad Majapahit |
Kettingberen is een andere benaming voor dwangarbeiders. |
Keuchenius, Levinus Wilhelmus Christiaan (1822-1893); minister van koloniën 1888-1890 (ARP); hij moest afgetreden in verband met zijn houding t.o.v. moslims
Zie ook: Ministers van Koloniën. |
Keuls, Yvonne (geb.1931) lit. "Indische tantes", "Het gebit van mijn moeder" |
Kiesordonnatie 1908 die de verkiezing van de Europese leden van de Gemeenteraad regelde, en de ambtelijke meerderheid beëindigde: als verbetering op de Decentralisatiewet van 1903. |
Kina Indianenstammen in Zuid-Amerika kenden dit middel tegen malaria al heel lang. In de 17e eeuw leerden de Spanjaarden het kennen en in 1632 werd de eerste kinabast in Europa aangevoerd. De boomsoort dreigde in Zuid-Amerika te worden uitgeroeid door de steeds grotere vraag. In 1852 ging Karl Hasskarl naar Peru om kinaplanten te verzamelen. Na een avontuurlijke trip kwamen eind 1853 in 's Lands Plantentuin de 500 vervoerde planten aan; van de 75 die nog leefden, konden stekken worden genomen: de Cinchona Calisaya-bast hiervan bevatte 3% kinine.
Cinchona Calisaya In 1865 kocht de regering 100 gram kinazaad vanuit Bolivia. Uit dit zaad is de gehele kinacultuur op Java en Sumatra voortgekomen. De bast van deze boom (Cinchona Ledgerina) bevat soms meer dan 10% kinine. Via enten op de onderstam van de Cinchona succirubra (ook uit Bolivia) groeit deze boom het best op hoogtes tussen de 1000 en 2000 meter. Vóór de Tweede Wereldoorlog kwam 90% van de wereldproductie uit Nederlands-Indië. Zie ook: Kinacontract, Malaria en Wereldproductiecijfers. |
Kinacontract
In 1892 vormden de kininefabrikanten in Europa een syndicaat om meer winst
te halen. Toen dit niet lukte werd de Bandoengsche Kinifabriek opgericht:
de planters en het gouvernement aan de ene kant en de fabrikanten aan de
andere sloten het Kinacontact. De planters leverden de bastoogst aan de
fabrikanten tegen een minimumprijs, die eventueel nog kon stijgen als de
prijs van kinine dat ook deed. Dit systeem bleek te werken.
Zie verder bij: Kina. |
Klapperboom
of kokospalm, en ook wel kalapa of klapa genoemd, is in de hele
archipel te vinden. Officieel 'Cocos
nucifera'. Deze boom behoort tot de familie van de Palmen. De klapperboom
heeft een lange stam (20-25m), met aan de top een grote kroon van
bladeren. De gemiddelde leeftijd is 80 jaar.
De boom levert vele producten:
Zie ook: Palmolie , Kopra en Wereldproductiecijfers. |
Kleine Soenda Eilanden of Noesa Tenggara: Bali, Lombok, Soemba, Soembawa, Flores, Timor. Het is het armste en onvruchtbaarste gebied van de archipel. Zie ook: Bevolkingsgroepen en Grensbepaling van Nederlands-Indië. |
Klerk, Reynier de (1710-1780)
Zie ook: Gouverneurs-generaal op rij. |
Kliprecht het recht om gestrande schepen en de lading in beslag te nemen door de bevolking, waarbij de vorst een deel van de opbrengst kreeg. Conflicten hierover met het gouvernement in Batavia leidden tot expedities naar Lombok en Bali. |
KLM zie Koninklijke Luchtvaart Maatschappij. |
Knevelarij afpersing en machtsmisbruik |
KNIL Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger ,
Isaäc Israëls: "Transport der Kolonialen".
Zie ook: Belanda hitam. |
KNILM zie Koninklijke Nederlandsch-Indische Luchtvaart Maatschappij |
Knolgewassen Na rijst en maïs het belangrijkste gewas voor de Javanen, vooral Midden- en Oost-Java. Het grootste deel wordt door de Javanen zelf gebruikt. Er waren ook ondernemingen waar cassave geteeld werd. |
Kock, H.M. de (1779-1845)
Gouverneur-generaal 1826 (wnd.); leidde als opperbevelhebber de strijd tegen Dipo Negoro in de Java-oorlog (1825-1830) en nam hem via een list gevangen. Na zijn Indische periode horen we van hem als commandant van de troepen die in 1831 vanuit Bergen op Zoom en Zeeuws- (Staats-) Vlaanderen schijnaanvallen uitvoerden richting Antwerpen tijdens de Tiendaagse Veldtocht. Zie ook: Gouverneurs-generaal op rij. |
Koeboes,
een van oorsprong rondzwervend volk, ten westen van Palembang op Sumatra.
Pas laat gingen ze over naar vaste nederzettingen. Hun gemiddelde lengte
is minder dan 1.60m. Stamverband bestaat niet, familieverband wel. Hun
taal wordt gesproken door ca. 10.000 mensen (1989).
Zie ook: Bevolkingsgroepen |
Koeliecontract: koelies ontvingen een voorschot, dat met loon terugbetaald moest worden, wat vaak niet lukte. Ondergebracht in uiterst primitieve barakken (pondoks), zonder sanitair, moesten ze voor hun eigen eten zorgen door land te gaan verbouwen. Rond 1900: 55.000 Chinezen, 34.500 Javanen. |
Koelie-ordonnantie Vanaf eind
19e eeuw regelden deze de arbeidsvoorwaarden van in de Buitengewesten,
vooral Sumatra, geïmporteerde arbeidskrachten
(voornamelijk Chinezen). |
Koelies 19e eeuw tot in de 20e eeuw arbeidskrachten op o.a. de tabakscultures op Sumatra. In de meeste gevallen kwamen ze van andere eilanden. |
Koempoelan lett. vergadering. Maandelijkse bijeenkomst van de desahoofden met de assisitent-wedono's, de wedono's en de regent. |
Koesoemo Joedo studeerde in Leiden
Indologie, en verkreeg daardoor het grootambtenarendiploma. Dit diploma
gaf recht van toegang tot het Europees Bestuur. Gouverneur-generaal
Van Heutsz durfde het aan hem als aspirant-controleur in het
Europese Bestuur te benoemen. Er kwam veel kritiek, o.a. van de minister van koloniën Idenburg. Het resultaat was, dat Koesoemo na een half jaar overgeplaatst werd naar het Volkskredietwezen. |
Koffie 1699 bracht de VOC vanuit Brits-Indië de koffieplant over naar Java; dit was de "Coffea arabica".
Als Java-koffie kwam deze op de markt. In 1712 ging de eerste Java-koffie (2000 pond) naar Nederland. Echt belangrijk werd de koffie tegen het einde van de 18e eeuw, als economische 'kurk' tijdens de strijd tegen de Engelsen. Het Cultuurstelsel liep v.w.b. de koffie in sommige streken (Preanger) door tot 1919. Rond 1880 werd door de koffiebladziekte de cultuur van de Coffea arabica onmogelijk gemaakt. In 1875 begon men de "Coffea liberica" uit Angola te telen. Ook hier sloeg de bladziekte toe. In 1901 werd de "Coffea-robusta" vanuit Belgisch Congo op Java ingevoerd. Door een flinke groeikracht en geen ziektes verdrong deze Robusta-koffie de andere soorten. Zie ook bij: Wereldproductiecijfers. |
Koffiesergeant was de VOC-dienaar, die in de 18e eeuw de koffieplantages controleerde, die verder werden beheerd door de boepati's. Hij kan als voorloper worden beschouwd van de Controleur tijdens het Cultuurstelsel. |
Kokospalm zie bij Klapperboom. |
Kollmann, M.H.J. directeur Binnenlands Bestuur, 1867 |
Koloniaal
Museum werd in 1864 opgericht te Haarlem, en de collectie bestond
uit meegenomen voorwerpen uit de koloniën. Stichter en directeur was F.W.
van Eeden (vader van de schrijver).
F.W. van Eeden In 1871 kreeg het museum onderdak in de Haarlemse villa 'Paviljoen Welgelegen'. In 1911 kwam de collectie van het etnografisch museum van Artis erbij. Voordat dit museum ontstond waren de voorwerpen te vinden in vele particuliere rariteitenkabinetten. Paviljoen Welgelegen te Haarlem In 1910 werd de Vereeniging Koninklijk Koloniaal Instituut opgericht te Amsterdam. Het Koloniaal Museum van Haarlem sloot zich hierbij aan; in 1926 was het nieuwe Koloniaal Instituut gereed en kon de collectie worden verhuisd. Het instituut had ook afdelingen voor landbouwkundig, medisch en volkenkundig onderzoek. Opening Koloniaal Museum in 1926. In de periode 1945-1949 heette het 'Indisch Museum'. Na de Soevereiniteitsoverdracht in 1949 veranderde de naam in Tropenmuseum, en verdween een groot deel van de Indonesische collectie in de kelder. Het Tropenmuseum van nu maakt nog steeds deel uit van het Koninklijk Instituut voor de Tropen (KIT).
Tropenmuseum |
Kolonisatierapport 1827 zie bij Gouverneur-generaal Du Bus de Gisignies. |
Komeringers
bewonen het gebied rond Kajoe Agoeng aan de Komering-rivier ten zuiden van
Palembang op Sumatra, een moerassig gebied. De
veestapel stelt niet veel voor, daarentegen is nijverheid van oudsher het belangrijkst geweest: pottenbakken en prauwenbouw.
Hun taal wordt gesproken door ca. 700.000 mensen (1989) Zie ook: Bevolkingsgroepen |
Komité Nasional Indonesia Poesat (KNIP) werd 22 augustus 1945 door de Republiek ingesteld, en deed voorlopig dienst als parlement. |
Komodo eilandje tussen Soembawa en Flores; hier leeft de komodovaraan, het grootste reptiel. |
Komodo-varaan In 1910 op Komodo 'ontdekt' door Nederlandse expeditie. |
Konfrontasi-politiek vanaf 1963 door Soekarno
uitgevoerd tegen de Maleisische Federatie (Maleisië, Singapore, Sabah en Brits-Borneo). Britse troepen namen deel aan de verdediging tegen Indonesische infiltranten. In 1965 werden de betrekkingen o.l.v. Soeharto weer hersteld. |
Kongsi onafhankelijke Chinese organisaties (vennootschappen, verenigingen) die zich vooral bezighielden met goud- en diamantwinning op West-Borneo. Onderling was er vaak hevige strijd. Een aantal grote Kongi's groeide uit tot republiekjes, met eigen bestuur en eigen rechtspraak. In 1850 ging de Indische regering over tot bestrijding hiervan. In 1854 werden ze ontbonden. Eén kongsi mocht blijven bestaan vanwege de coöperatieve houding t.o.v. de regering. Deze laatste bestond tot de dood van hun hoofd in 1884. |
Kongsi-oorlog op Borneo van 1850-1854, zie Kongsi |
Koningsberger, Jacob Christiaan (1867-1951), minister van koloniën 1926-1929
Zie ook: Ministers van Koloniën. |
Koningsplein in Batavia: ontstaan als exercitie-terrein van een km²; nu Medan Merdeka. Zie ook: Paleis Koningsplein. |
Koninklijk Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, zie Bataviaasch Genootschap. |
Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde van Nederlandsch-Indië (KITLV). In 1851 ingesteld, op initiatief van de conservatief J.C. Baud en bestemd voor aanstaande bestuursambtenaren, eerst in Delft, vanaf 1864 in Den Haag. De tegenhanger van het KITLV is het Indisch Genootschap. Zie ook: Opleiding Indisch Ambtenaar. |
Koninklijke Luchtvaart Maatschappij (KLM) startte 25 september 1930 met een 14-daagse vlucht op Batavia. Dit werd in 1935 een wekelijkse dienst en in 1937 werd er 3x per week gevlogen. In 1939:
Vliegtuigen door de KLM op de Indië-route gebruikt vóór de Tweede Wereldoorlog:
Zie ook: Luchtverkeer en KNILM. |
Koninklijk
Nederlands Aardrijkskundig Genootschap 1888
Nieuwe naam van het in 1873 opgerichte Aardrijkskundig Genootschap. Het doel was het verkrijgen van geografische kennis in brede zin, en het aanwakkeren van de ondernemingsgeest op het gebied van handel en industrie. Hierin verenigden zich enige honderden veelal liberale wetenschappers, ondernemers, politici, (oud-) bestuursambtenaren en officieren van leger en vloot, onder bezielende leiding van P.J.Veth. Diverse expedities werden uitgevoerd om kennis te vergaren, o.a.
|
Koninklijke Nederlandsch-Indische Luchtvaart Maatschappij (KNILM) startte haar eerste luchtlijn op 1 november 1928: Batavia-Bandoeng;
Na de Slag in de Javazee was het afgelopen met de KNILM. Diverse vliegtuigen konden uitwijken naar Australië. Elf toestellen werden van maart tot mei 1942 vercharterd aan het Amerikaanse Leger (USAAC) voor transportdoeleinden. Het ging om:
In mei '42 werden ze aan de Amerikanen verkocht en tot vrachtvliegtuig omgebouwd. Nederlandse vliegers werden als piloot ingeschakeld, onder wie de bekende Iwan Smirnoff. In 1947 kwam de KNILM onder de 'vleugels' van de KLM.
Ontwerpen gemaakt door Jan Lavies Zie ook: Luchtverkeer en KLM. |
Koninklijke Paketvaart Maatschappij (KPM) vóór de Tweede Wereldoorlog het belangrijkste scheepvaartbedrijf in de Indische Archipel met vaste lijndiensten tussen de eilanden.
In de praktijk fungeerde de KPM als verlengstuk van de regering:
KPM-gebouw in Batavia Zie ook: Gouvernements-Marine. |
Kopra De kokosboom (klapperboom) groeit in geheel Nederlands-Indië, van de kust tot ca. 900 m. hoogte.Zonder verzorging van de mens komt de kokospalm nergens tot volle wasdom en vruchtdracht. Het product biedt de mens veel: voedsel, drank, materiaal voor kleding, woning etc. Kopra wordt bereid uit de rijpe en bijna rijpe kokosnoot. De bolster en het kiemwit worden verwijderd: het gaat om het vruchtvlees, waaruit het vocht voor een groot deel moet worden onttrokken door droging. Vóór de Tweede Wereldoorlog verzorgde Nederlands-Indië 30-40% van de wereldproductie. Slechts 6% van de uitvoer kwam van ondernemingen, het grootste deel werd door de bevolking geleverd. Uit de kopra perst men de olie, die behalve voor consumptie (margarine) ook voor zeepbereiding wordt gebruikt. Zie ook bij: Wereldproductiecijfers. |
Korte Verklaring opgezet door Snouck Hurgronje, en in 1898 in Atjeh voor het eerst gebruikt en werd daarna een algemeen gebruikt contract om de betrekkingen tussen het Nederlands-Indisch bestuur en de zelfbesturende landschappen te regelen. Zij hielden in:
|
Kousbroek, Rudy (geb. 1929) lit. "Oost-Indisch kampsyndroom" |
Krakatau,
ten westen van Java waar op 26 augustus 1883, na bevingen en het
uitbraken van stoom en as, de Krakatau explodeerde met een gebulder dat
van Rangoon (Birma) tot Perth (Australië) was te horen.
2x Anak Krakatau Een zuil van as en puinsteen steeg tot een hoogte van 26 km, en een wolkendek van stenen en stof hulde een gebied van 150 km² in duisternis. Twee jaar lang waren er over de gehele wereld spectaculaire zonsondergangen te zien. De dag erna stortte een gapende holte ineen, die was ontstaan door de uitstoot van 18 kubieke kilometer as en steen. Dit veroorzaakte vloedgolven van ruim 10 meter hoogte die tot aan de andere kant van de aarde merkbaar waren. De kustplaatsen Anyer en Merak werden weggevaagd en zo'n 35.000 mensen verdronken in de vloedgolven.
Na afloop was driekwart van Krakatau verdwenen. In 1928 verscheen de rand van de nieuwe krater boven water. Sindsdien is Anak Krakatau (Kind van Krakatau) gegroeid tot ruim 200 meter, waar elk jaar ca. vier meter bij komt. Zie verder bij: Vulkanen. |
Kranten
De uitgave van kranten in Nederlands-Indië
kan men indelen in een aantal periodes:
Hieronder zijn de bekendste kranten die uitkwamen genoemd:
Zie ook: persbureau Aneta. |
Krassen op een rots zie bij Willem Walraven |
Kraton paleis, vorstenhof, waaromheen zich een stad vormde, zoals te zien bij Soerakarta en Djokjakarta
Kraton Djokjakarta |
Krijgsgevangenen, zie Slachtoffers in de Japanse Tijd. |
Kromo verpersoonlijking van de Javaanse volksman |
Krontjong-muziek Na de val van Malakka en de overwinning door de Hollanders werden Portugezen (voornamelijk mestiços: Portugees-Aziatische christenen), lokale bekeerden en mardijkers (vrijgelaten Afrikaanse, Indiase of andere Aziatische slaven van de Portugezen, die zich tot het Christendom hadden bekeerd) overgebracht naar Batavia. In 1611 stelde de VOC een stuk land ter beschikking aan deze groep, 12 km ten noord-oosten van Batavia. Dit stuk land, Toegoe, ontwikkelde zich tot een bolwerk van mestiezencultuur. De aangepaste versies van populaire 16e eeuwse Portugese straat- en volksliedjes werden gezongen met de ondersteuning van de kleine 5-snarige krontjong-gitaar van Portugese oorsprong, gemaakt van ahornhout. Vanuit Toegoe verspreidde deze muziek zich, met een mengeling van Portugese, Indische en westerse invloeden. Onder Indo-Europeanen was / is deze muziek populair. |
Kruidnagel Pas in de 12e eeuw leerden de Europeanen deze specerij kennen. De Portugezen zorgden later voor de aanvoer vanaf Ambon. In 1605 trok de VOC het monopolie tot zich. Op 'hongi-tochten' vernielde de VOC de bomen die buiten Ambon groeiden. Later werd het ook verbouwd op Sumatra en Celebes. De belangrijkste periode voor de kruidnagel waren de 16e en de 17e eeuw. In 1770 lukte het de Fransen enige boompjes over te brengen naar Mauritius, vanwaar het verder werd verspreid. In 1938 was Nederlands-Indië v.w.b. kruidnagelen slechts goed voor 2% van de wereldproductie. In Indië / Indonesië wordt kruidnagel gemengd met tabak voor sigaretten: de kretek-sigaret. De oorsprong hiervan ligt bij het oorspronkelijke slechte drogen van de tabak in de volkscultures, men trachtte toen de smaak te verbeteren, niet alleen m.b.v. kruidnagelen maar ook met bijvoorbeeld opium of hennep. Vóór de Tweede Wereldoorlog kwam de kruidnagel voor de tabak uit Zanzibar(!)
Bloemknop van de kruidnagelboom Zie ook bij: Wereldproductiecijfers. |
Kuneman, H. directeur Binnenlands Bestuur, 1889-1892 |
Kwestie 1848: zie Baron van Hoëvell |
Terug naar de startpagina |